Archief voor ‘Geen onderdeel van een categorie’ Categorie

De Wet DBA: wat u moet weten over de nieuwe handhaving | Alaysa Agyar

Posted by

Vanaf 1 januari 2025 is de handhaving van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) echt van start gegaan. Deze wet is bedoeld om duidelijkheid te scheppen over de arbeidsrelatie tussen zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) en hun opdrachtgevers, maar wat betekent dit precies voor u als zzp’er of opdrachtgever?

Wat is de Wet DBA?
De Wet DBA vervangt de oude Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). Het doel van deze wet is om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Schijnzelfstandigheid betekent dat iemand werkt als zzp’er, maar eigenlijk dezelfde werkzaamheden verricht als een werknemer. Dit kan leiden tot oneerlijke concurrentie en verlies van sociale zekerheden. Een voorbeeld van oneerlijke concurrentie is dat werkgevers zzp’ers kunnen inhuren tegen lagere kosten omdat ze geen sociale premies en belastingen hoeven te betalen die ze wel voor werknemers moeten betalen. Wat betreft het verlies van sociale zekerheden, hebben zzp’ers geen recht op een werkloosheidsuitkering als ze zonder werk komen te zitten, in tegenstelling tot werknemers die wel aanspraak kunnen maken op een WW-uitkering. Bovendien hebben zzp’ers geen recht op doorbetaling van loon tijdens ziekte, terwijl werknemers wel recht hebben op loondoorbetaling bij ziekte. Ten slotte bouwen zzp’ers vaak geen pensioen op via hun werk, terwijl werknemers meestal deelnemen aan een pensioenregeling via hun werkgever en dat terwijl de werknemer en de zelfstandige hetzelfde werk verrichten.

Hoe werkt de Wet DBA?
Onder de Wet DBA moeten zzp’ers en opdrachtgevers samen bepalen of er sprake is van een echte zelfstandige opdracht of een verkapte dienstbetrekking. Dit doen ze door hun arbeidsrelatie te toetsen aan bepaalde criteria. De Belastingdienst heeft hiervoor modelovereenkomsten opgesteld die als leidraad kunnen dienen.

Wat zijn de gevolgen van de handhaving?
Als de Belastingdienst bij een controle vaststelt dat er sprake is van schijnzelfstandigheid, kunnen er naheffingen worden opgelegd. Dit betekent dat er alsnog loonbelasting en sociale premies moeten worden afgedragen. In 2025 is er een overgangsperiode waarin geen boetes worden gegeven, zolang bedrijven laten zien dat ze hun best doen om schijnzelfstandigheid te voorkomen.

Tips voor zzp’ers en opdrachtgevers
1. Gebruik de modelovereenkomsten: Deze zijn opgesteld door de Belastingdienst en kunnen helpen om duidelijkheid te scheppen.

2. Onderhandel over vergoedingen en voorwaarden: Zorg ervoor dat u als zzp’er kunt onderhandelen over uw vergoeding en andere contractuele voorwaarden. Dit helpt om aan te tonen dat u echt als zelfstandige werkt en niet onder gezag van de opdrachtgever staat.

3. Vermijd langdurige exclusieve samenwerkingen: Werk niet een langdurende periode voor één opdrachtgever. Dit kan de indruk wekken dat er sprake is van een dienstverband. Probeer meerdere opdrachtgevers te hebben om uw zelfstandigheid te benadrukken.

4. Investeer in uw onderneming: Zorg dat u herkenbaar bent als ondernemer door te investeren in marketing, opleiding en andere ondernemingsactiviteiten. Dit toont aan dat u risico’s neemt en echt als zelfstandige opereert

5. Gebruik vervangers: Als zzp’er kunt u overwegen om vervangers in te schakelen voor bepaalde opdrachten. Dit laat zien dat u niet persoonlijk verplicht bent om het werk te verrichten, wat een kenmerk is van zelfstandigheid

6. Duidelijke contracten: Zorg dat de contracten duidelijk de aard van de samenwerking beschrijven en dat deze overeenkomen met de praktijk. Een goed contract kan helpen, maar de dagelijkse praktijk is doorslaggevend.

Bent u een zelf een zelfstandige en heeft u meer informatie nodig? Kijk dan op www.rechtswinkeleindhoven.org wat Rechtswinkel Eindhoven voor u kan betekenen!

Heb je recht op doorbetaling bij een dienstwijziging minder dan 24 uur van te voren? | Isabelle Smallenburg

Posted by

Je hebt je agenda vrijgemaakt, afspraken afgezegd en bent klaar om te gaan werken. Maar, onverwachts krijg je te horen dat de dienst niet doorgaat of dat je eerder naar huis moet. Voor veel werknemers roept dit vragen op. Heb ik recht op betaling van de uren die ik volgens het rooster had moeten werken?

Wat zegt de wet?

De wet stelt dat als een dienst minder dan vier dagen van tevoren wordt gewijzigd of geannuleerd, de werkgever verplicht is het loon over de oorspronkelijk geplande uren te betalen. De termijn van vier dagen kan worden ingekort in een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) of door een regeling van een bevoegd bestuursorgaan, maar de termijn mag niet minder dan 24 uur zijn. Zodra een dienst dus wordt gewijzigd of geannuleerd minder dan 24 uur voor aanvang van de dienst, heeft de werknemer recht op doorbetaling van de oorspronkelijk ingeplande uren.

Hoe werkt dit in de praktijk?

Stel, je werkt in een winkel en bent ingepland van 8:00 tot 18:30 uur, maar om 14:00 uur wordt besloten om de winkel om 15:00 uur te sluiten. Hierdoor werk je slechts tot 15:00, terwijl je rekening hebt gehouden om te werken tot 18:30 uur. In dit geval kun je je werkgever aanspreken op betaling van de resterende uren, ongeacht of je deze uren daadwerkelijk hebt gewerkt. Dit geldt ook wanneer de dienst al eerder op de dag of zelfs een dag van tevoren is gewijzigd, zolang de werknemer minder dan 24 uur van tevoren op de hoogte is gesteld.

Wat kunt u doen?

Als u te maken krijgt met een onverwachte wijziging in de werktijden, is het belangrijk om in gesprek te gaan met uw werkgever. Laat weten dat het volgens de wet niet is toegestaan om een dienst minder dan 24 uur van te voren van te wijzigen en indien dit toch gebeurt, de werkgever verplicht is om de oorspronkelijk ingeplande uren door te betalen. Daarnaast is het verstandig om alles goed te documenteren. Noteer de oorspronkelijke werktijden, de gewijzigde werktijden en het moment waarop u hierover bent geïnformeerd.

Heeft u ook te maken gehad met onverwachte dienstwijzigingen en levert het gesprek met de werkgever niet het gewenste resultaat op? Kijk op www.rechtswinkeleindhoven.org wat Rechtswinkel Eindhoven voor u kan betekenen. De spreekuren van Rechtswinkel Eindhoven zijn gratis en zonder afspraak en vinden plaats op dinsdag- en donderdagavond van 19:30 tot 20:45 uur.

Echtscheiding, hoe verdeel je de hond? | Emma van Hout

Posted by

Wanneer partners gaan scheiden komt er veel op hen af. De scheiding moet worden aangevraagd en de spullen moeten worden verdeeld in de echtscheidingsovereenkomst. Maar wat als er een hond in het spel is? Voor veel mensen betekent een hond evenveel als een familielid en maakt deze deel uit van het gezin. Hoe verdeel je een hond dan?

Juridische status hond

Ondanks dat een hond voor velen een familielid is, ziet de wet een huisdier als een roerende zaak, oftewel een object. Objecten behoren juridisch gezien tot de inboedel. Een huisdier krijgt dus dezelfde juridische status als een eettafel of bank. Voordat toegekomen wordt aan de verdeling van de hond zal nagegaan moeten worden wie eigenaar is van de hond.

Eigendom huwelijksdatum

Partners die vóór 1 januari 2018 zijn getrouwd, trouwden automatisch in algehele gemeenschap van goederen. Dit houdt in dat al het bezit en alle schulden van vóór én tijdens het huwelijk van partners gezamenlijk eigendom zijn. Wanneer de hond door één van de partners is aangeschaft vóór het huwelijk, wordt de hond vanaf het huwelijk eigendom van de partners samen.

Wanneer partners op of na 1 januari 2018 trouwen, vallen zij automatisch onder de beperkte gemeenschap van goederen. Dit betekent dat bezittingen en schulden die vóór het huwelijk tot het vermogen van één partner behoorden, eigendom blijven van die partner. Heeft één van de partners bijvoorbeeld een hond aangeschaft vóór het huwelijk, dan blijft deze hond exclusief van die partner. Bezittingen en schulden die vóór het huwelijk al gezamenlijk waren, zoals een hond die samen werd aangeschaft, blijven gemeenschappelijk eigendom. Evenals worden bezittingen en schulden die tijdens het huwelijk worden verkregen, gezamenlijk eigendom van beide partners. Bij een scheiding moet worden vastgesteld of de hond eigendom is van één van de partners of dat deze gezamenlijk eigendom is. Afhankelijk daarvan wordt de hond verdeeld. Hetzelfde geldt voor een geregistreerd partnerschap.

Omgangsregeling

Als blijkt dat partners gezamenlijk eigenaar zijn van de hond, zal de hond verdeeld moeten worden. Partners kunnen er dan voor kiezen zelf een omgangsregeling op papier te zetten, die kan worden opgenomen in de echtscheidingsovereenkomst. Lukt het de partners niet om zelf een omgangsregeling op te stellen, dan zijn er twee oplossingen. Ten eerste kan bij de rechter een verzoek tot boedelverdeling worden ingediend. De rechter beslist dan aan wie de hond wordt toebedeeld. Ten tweede kan ervoor worden gekozen de hond onverdeeld te laten. In dat geval zijn de partners na de scheiding nog steeds gezamenlijk eigenaar. Als er vervolgens conflicten ontstaan kan aan de rechtbank gevraagd worden een beheersregeling op te stellen. Dit is een regeling voor het gebruik en beheer van gemeenschapsgoederen.

Heeft u meer vragen over de verdeling van een hond bij de echtscheiding of wilt u advies over uw situatie? U bent van harte welkom bij de spreekuren van Rechtswinkel Eindhoven. Deze vinden plaats op dinsdag- en donderdagavond van 19:30 tot 20:45 uur. U kunt gratis en zonder afspraak binnenlopen.

Persoonlijk Verbeterplan: Wat betekent dit voor u? | Feline Saive

Posted by

Stel, uw werkgever vraagt u onverwachts een persoonlijk verbeterplan te ondertekenen. Wat is een persoonlijk verbeterplan? Wat kunt u doen als u het er niet mee eens bent? Welke gevolgen heeft het als u weigert te tekenen, en wanneer loopt het verbeterplan af? De antwoorden op deze vragen vindt u in dit juridisch artikel.

 

Een persoonlijk verbeterplan (PVP) is een opgesteld plan waarin de werkgever en werknemer samenwerken om werkprestaties te verbeteren wanneer deze structureel of langdurig niet aan de verwachtingen voldoen. Het plan dient als laatste kans voor de werknemer om zijn functioneren te verbeteren, voordat er eventueel zwaardere maatregelen zoals ontslag volgen.

 

Inhoud van een Persoonlijk Verbeterplan

Een PVP bevat concrete doelen die de werknemer moet behalen, een tijdspad (meestal zes tot twaalf maanden), en een beschrijving van de ondersteuning die de werkgever biedt, zoals coaching of training. Ook zijn er tussentijdse evaluaties om de voortgang te bespreken en het plan zo nodig aan te passen.

 

Wat te doen bij onenigheid over het PVP

Als de werknemer het niet eens is met het PVP, bijvoorbeeld omdat hij denkt dat hij al goed functioneert of vanwege problemen op de werkvloer, kan hij dit bespreekbaar maken. Als een gesprek niet helpt, kan mediation een optie zijn. Hoewel de werknemer niet verplicht is om mee te werken aan het PVP, is dit vaak wel verstandig om verdere juridische conflicten te voorkomen.

 

Gevolgen bij weigering of niet-naleving van het PVP

Wanneer een werknemer niet meewerkt aan het PVP, kan de werkgever het plan eenzijdig opleggen en de weigering documenteren. Dit kan bij een mogelijk ontslagproces nadelig zijn voor de werknemer. De werkgever kan ook besluiten tot overplaatsing of inhouding op het loon.

 

Einde van het verbetertraject

Aan het einde van het PVP wordt beoordeeld of de doelen zijn behaald. Bij succes kan de werknemer zijn werk voortzetten. Lukt dit niet, dan kan de werkgever overgaan tot maatregelen zoals een functiewijziging, beëindigingsovereenkomst of ontslag aanvraag. Een PVP geeft hiermee een gestructureerde en zorgvuldige aanpak om prestaties te verbeteren.

 

Als u een vergelijkbaar probleem ervaart en advies nodig heeft, aarzel dan niet om binnen te lopen bij Rechtswinkel Eindhoven. U kunt iedere dinsdag- en donderdagavond tussen 19:30 en 20:45 uur langskomen tijdens het spreekuur, zonder afspraak.

Verblijf op een ander adres? Dit zijn de gevolgen voor uw inschrijving in de BRP | Nina Shalmashi

Posted by

Als u van adres verandert of tijdelijk in een andere gemeente verblijft, is het belangrijk om te weten wat de regels zijn omtrent inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP). Het niet correct inschrijven kan juridische en financiële gevolgen hebben, maar er zijn ook uitzonderingen die mogelijk op u van toepassing zijn.

Wat zijn uw verplichtingen?

Volgens de Nederlandse wet moet u ingeschreven staan op het adres waar u daadwerkelijk uw hoofdverblijf heeft. Dit betekent dat u geregistreerd moet staan waar u het grootste deel van uw tijd doorbrengt, met name waar u slaapt en uw dagelijkse leven leidt. Dit betekent dat wanneer u meer tijd doorbrengt in een andere gemeente, dan waar u officieel staat ingeschreven, u eigenlijk verplicht bent om uw inschrijving te wijzigen naar deze gemeente.

Uitzonderingen voor een tijdelijk verblijf

Wanneer u tijdelijk in een andere gemeente verblijft, bijvoorbeeld vanwege werk of studie, hoeft u uw inschrijving niet altijd direct aan te passen. U moet wel kunnen aantonen dat het verblijf een tijdelijk karakter heeft en dat u van plan bent terug te keren naar uw oorspronkelijke adres. Gemeenten hanteren vaak een termijn van maximaal twee jaar als richtlijn voor een tijdelijk verblijf. Zorg ervoor dat u voldoende documentatie heeft om uw situatie te onderbouwen.

Gevolgen van een verkeerde inschrijving

Een onjuiste inschrijving kan voor u vervelende gevolgen hebben. Gemeenten controleren regelmatig of bewoners daadwerkelijk op het opgegeven adres wonen. Als blijkt dat u op een ander adres woont, kan de gemeente een onderzoek starten en eisen dat u uw inschrijving aanpast. De mogelijke gevolgen van een verkeerde inschrijving zijn onder andere:

  • Boetes opgelegd door de gemeente;
  • Het verlies van toeslagen, zoals huur- en zorgtoeslag;
  • Correcties in uw belastingaanslag, wat kan leiden tot extra kosten;
  • Het stopzetten of terugvorderen van sociale uitkeringen.

Daarnaast kan een onjuiste inschrijving invloed hebben op andere administratieve en juridische zaken, zoals het recht op kinderopvangtoeslag of subsidies.

Wat kunt u doen?

Als u merkt dat u situatie mogelijk niet overeenkomt met de regels voor inschrijving, is het belangrijk om contact op te nemen met uw gemeente. Zij kunnen u adviseren over uw specifieke situatie en eventueel helpen om uw inschrijving aan te passen.

Heeft u meer vragen over uw inschrijving in de BRP of wilt u advies over uw situatie? U bent van harte welkom bij de spreekuren van Rechtswinkel Eindhoven. Deze vinden plaats op dinsdag- en donderdagavond van 19:30 tot 20:45 uur. U kunt gratis en zonder afspraak binnenlopen.

Help! Ik heb schulden | Katelijne van Engelen

Posted by

Als je met geldzorgen kampt, hoeft u er niet alleen voor te staan. De gemeente kan u ondersteunen bij schulden die u niet zelf op kunt lossen.

 Schuldhulp via uw gemeente

Heeft u schulden die u zelf niet kunt oplossen en wilt u hier hulp bij krijgen, dan kunt u zich bij de gemeente melden. De gemeente is verplicht ondersteuning te bieden bij schulden die u zelf niet meer kunt oplossen. Voor hulp kunt u uzelf aanmelden via de website van uw eigen gemeente. Het is wel van belang dat u hiervoor inzicht geeft in uw financiële situatie.

Als u zich hebt aangemeld, krijgt u binnen vier weken antwoord van uw gemeente. Binnen acht weken beslist uw gemeente welke hulp u aangeboden krijgt. Wanneer uw schulden bedreigend zijn, bijvoorbeeld wanneer u dreigt uit huis te worden gezet of wanneer uw gas, water of elektriciteit afgesloten dreigt te worden, kunt u vaak al binnen drie dagen een eerste gesprek bij de gemeente krijgen.

Een van de mogelijkheden na een gesprek is dat, wanneer u voldoet aan de voorwaarden van uw gemeente,  een schuldhulpverlener krijgt. U begint dan met het ‘minnelijke schuldtraject’. Dit houdt in dat de schuldhulpverlener zal proberen uw schulden te regelen met al uw schuldeisers. Uw schuldhulpverlener kan u onder andere helpen met:

  • Het maken van een budgetplan;
  • Het voorstellen van betalingsregelingen;
  • Het onderhouden van contact met de schuldeisers;
  • Het maken van schriftelijke afspraken, zoals over weekgeld voor uw dagelijkse uitgaven.

Tijdens het minnelijke traject kunt u, als u in een dreigende situatie zit, vragen om een adempauze. U krijgt dan zes maanden de tijd om uw schulden op orde te brengen. Tijdens deze adampauze wordt uw water niet afgesloten, wordt u niet uit huis gezet en wordt uw zorgverzekering niet stopgezet.

U kunt in sommige gevallen een lening krijgen via de gemeente, hiermee kunnen uw schulden bij uw schuldeisers worden afgelost. U heeft dan alleen nog maar een schuld heeft bij de gemeente. Dit wordt ook wel een saneringskrediet genoemd.

Schuldhulp van de gemeente duurt 1,5 jaar. In die tijd betaalt u zoveel mogelijk schulden af.

Mocht u meer informatie willen over hulp bij schulden, dan kunt u terecht bij de spreekavonden van Rechtswinkel Eindhoven op dinsdag- en donderdagavond tussen 19:30 en 20:45 uur. U kunt gratis en zonder afspraak binnenlopen.

Verjaring van de erfgrens | Jody Moviat

Posted by

 In de levendige wereld van het eigendomsrecht en burenruzies staat de erfgrens vaak centraal. Maar wat gebeurt er als deze grens vervaagt door dagelijks gebruik en de tijd die verstrijkt? Betreed de ingewikkelde maar fascinerende wereld van ‘de verjaring van de erfgrens’, waar langdurig gebruik de regels van eigendom op hun kop zet en buren in een juridisch schaakspel terechtkomen om de erfgrens te bepalen.

 

De verjaring van erfgrenzen

De erfgrens is de denkbeeldige lijn die twee aanliggende percelen scheidt. Deze lijn is essentieel voor het vaststellen van eigendomsrechten en het voorkomen van geschillen tussen buren. Toch gaat dit vaak mis, omdat de precieze lijn van deze grens in de loop der tijd vervaagt. Dit kan leiden tot onzekerheid en conflicten. De vervaging van de grens is hetgeen waar verjaring om de hoek komt kijken.

 

Wat is verjaring van de erfgrens?

Verjaring van de erfgrens is het wettelijke proces waarbij een grens tussen twee aangrenzende percelen na een periode van 10 of 20 jaar kan veranderen, omdat deze grens afwijkt van de kadastrale erfgrens. De kadastrale grens ligt dan ergens anders dan waar bijvoorbeeld de schutting of heg staat. Het gaat om een periode van 10 jaar als we het hebben over ‘verkrijgende verjaring’. Hierbij moet de bezitter ‘te goeder trouw’ zijn, dit betekent dat er zonder slechte bedoelingen gehandeld wordt. Bij ‘bevrijdende verjaring’ gaat het om een verjaringstermijn van 20 jaar. Om hierop een beroep te doen, moet er ook sprake zijn van ‘bezit’.

 

Hoe verloopt het proces van verjaring?

Ten eerste moet er sprake zijn van een langdurig en ononderbroken gebruik van het betreffende gebied door een eigenaar, die dit gebruikt alsof het zijn eigen grond is. Dit is zonder tegenspraak van de buren. Na verloop van tijd kan de eigenaar een verzoek indienen bij de rechtbank om de erfgrens op basis van verjaring vast te stellen. De rechtbank zal dan het bewijs van langdurig gebruik beoordelen en een beslissing nemen over de nieuwe grens.

 

Kadastrale grens

De erfgrens is vastgelegd in de openbare registers van het Kadaster. Als de feitelijk gebruikte grens op een andere plek ligt dan de geregistreerde erfgrens, dan wordt dit de gebruiksgrens genoemd. Het Kadaster houdt niet bij of de grens verandert door verjaring. Hierdoor kan het Kadaster niet beoordelen of een ander door verjaring eigenaar is geworden van een stuk grond. Een notaris kan dit wel uitzoeken. Als de notaris hier niet achter kan komen, dan is de volgende stap om naar een rechter te gaan. In dat geval is een civiele rechter bevoegd. 

Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen over de verjaring van de erfgrens, dan kunt u op dinsdag- en donderdagavond van 19:30u tot 20:45u binnenlopen bij ons gratis inloopspreekuur.

Wat zijn je rechten bij een gebrekkig product? | Jordy Dusée

Posted by

Een paar maanden geleden kocht ik een broodrooster die al snel stuk ging. Gelukkig kon ik met de bon een nieuwe krijgen onder garantie. Dit zette mij aan het denken: welke rechten heb je als een product na aankoop kapotgaat?

 

Productaansprakelijkheid

In de wet is vastgelegd wanneer er sprake is van productaansprakelijkheid. De wet stelt: “de producent is aansprakelijk voor de schade veroorzaakt door een gebrek in zijn product.” Dit betekent dat de producent verantwoordelijk is voor de schade die door zijn product wordt veroorzaakt. Er zijn echter uitzonderingen. Stoffen waarvan nog niet is bewezen dat ze schadelijk zijn, vallen buiten de aansprakelijkheid totdat dit wél bewezen is. Een goed voorbeeld hiervan is asbest. Omdat men toen niet wist dat asbest gevaarlijk was, kan er geen schade worden verhaald op de producent.

 

Wanneer is een product gebrekkig?

De wet beschrijft ook wanneer een product als gebrekkig wordt beschouwd. Een product is gebrekkig als het niet de veiligheid biedt die je ervan mag verwachten. De wet noemt drie factoren die bepalen of een product gebrekkig is: de presentatie van het product, het verwachte gebruik ervan en het moment waarop het product op de markt kwam.

Een voorbeeld hiervan is een elektrische boormachine. Als de handleiding onvoldoende waarschuwingen bevat over veilig gebruik, zou de producent aansprakelijk kunnen zijn voor ongelukken.

 

Bewijslast: wie moet wat aantonen?

Als je binnen een jaar na de aankoop merkt dat er iets mis is met het product, mag je ervan uitgaan dat het product vanaf het begin al gebrekkig was. De verkoper moet dan bewijzen dat dit niet het geval was.

 

Rechten bij een gebrekkig product

Als consument heb je recht op reparatie, vervanging of een vergoeding bij een gebrekkig product. De leverancier is hiervoor verantwoordelijk en het proces verloopt volgens een vaste volgorde. De leverancier heeft eerst het recht om te proberen het product te repareren. Als reparatie niet mogelijk is, moet de consument een nieuw product krijgen. Mocht ook dit nieuwe product gebrekkig zijn, dan heeft de consument recht op teruggave van zijn geld.

 

Niet tevreden met de geboden oplossingen?

Als de geboden oplossingen niet voldoen, kun je de verkoper een brief sturen met de klacht en een termijn voor herstel. Bij geen reactie kun je betaling weigeren, het product elders laten repareren op kosten van de verkoper, of de koopovereenkomst ontbinden. Is de verkoper aangesloten bij een geschillencommissie en blijft het probleem bestaan, dan kun je daar een klacht indienen.

 

Heeft u ook last van een gebrekkig product? U kunt terecht bij de spreekavonden van Rechtswinkel Eindhoven op dinsdag- en donderdagavond tussen 19:30 en 20:45 uur. U kunt gratis en zonder afspraak binnenlopen.

Ondertoezichtstelling: bescherming en begeleiding voor kwetsbare kinderen | Bouke van Brussel

Posted by

Kinderen hebben recht op de bescherming en zorg die essentieel zijn voor hun welzijn; zij verdienen een veilige en gezonde omgeving om in op te groeien. Wanneer deze basis er niet is kan er sprake zijn van een ontwikkelingsbedreiging voor het kind. Een OTS is een kinderbeschermingsmaatregel die gedwongen (opvoed)hulp, onder begeleiding van een gezinsvoogd, biedt aan gezinnen. Het doel van een OTS is om de thuissituatie zo te verbeteren dat de ouders in staat zijn om hun kind weer zelfstandig op te voeden.

 

Rol van de Raad voor de Kinderbescherming

De Raad voor de Kinderbescherming kan bijvoorbeeld ingeschakeld worden door hulpverleners die merken dat vrijwillige hulp niet voldoende is voor het gezin. Als er uit onderzoek naar de situatie van het kind is gebleken dat dit nodig is, kan de Raad voor de Kinderbescherming een verzoek tot OTS voorleggen aan de kinderrechter.

 

In het geval dat de situatie van het kind zo ernstig bedreigend is, kan de Raad ook direct ingrijpen zonder uitgebreid onderzoek. Het kind krijgt dan dezelfde dag nog een gezinsvoogd. Dit wordt een voorlopige ondertoezichtstelling (VOTS) genoemd. Deze VOTS duurt maximaal drie maanden en gaat vrijwel altijd gepaard met een uithuisplaatsing. Naar aanleiding van het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming beslist de rechter, in het geval van een VOTS, binnen veertien dagen of een reguliere OTS noodzakelijk is.

 

Een OTS kan in beginsel maximaal één jaar duren, maar de rechter kan dit telkens met één jaar verlengen tot het kind achttien jaar is.

 

Rol van de Gezinsvoogd

De gezinsvoogd, werkzaam bij een Gecertificeerde Instelling (GI), heeft de taak om advies te geven en specifieke hulp in te zetten. Dit doet de gezinsvoogd aan de hand van een begeleidingsplan. Hierin wordt onder andere gekeken naar de eigen oplossingen van het gezin, de ondersteuning vanuit het netwerk van het gezin en welke professionele hulp er nodig is. Ondanks de betrokkenheid van de voogd behouden ouders het gezag over hun kind en blijven zij verantwoordelijk voor de opvoeding. Beslissingen rondom het kind worden dus altijd in overleg tussen ouders en de gezinsvoogd genomen. Wel kan de gezinsvoogd de ouders een schriftelijke aanwijzing (een opdracht) geven als zij zich niet houden aan het begeleidingsplan. De kinderrechter kan de ouders verplichten om zich te houden aan deze aanwijzing.

 

Beëindiging van de OTS

De OTS verloopt automatisch wanneer het kind achttien jaar wordt of wanneer de periode waarvoor de OTS is aangevraagd verloopt (indien er geen verlenging wordt aangevraagd door de gezinsvoogd). Tot slot is het mogelijk dat de gezinsvoogd een beëindigingsverzoek indient bij de kinderrechter als hij of zij van mening is dat de situatie is verbeterd.

 

Heeft u vragen over kinderbeschermingsmaatregelen? U kunt terecht bij de spreekavonden van Rechtswinkel Eindhoven op dinsdag- en donderdagavond tussen 19:30 uur en 20:45 uur. U kunt gratis en zonder afspraak binnenlopen.

Aansprakelijkheid bij een hondenbeet: Wie is er verantwoordelijk? | Emmy Hendriks

Posted by

Hondenbeten komen regelmatig voor in Nederland. Elk jaar worden zo’n 150.000 tot 200.000 mensen gebeten, waarvan ongeveer 50% kinderen zijn. Naast fysieke schade leiden hondenbeten ook vaak tot juridische procedures waarin wordt beoordeeld wie aansprakelijk is voor de schade.

 

Wie is er aansprakelijk?

Volgens de wet is de eigenaar van een dier verantwoordelijk voor de schade die het dier veroorzaakt. De wet stelt dat de bezitter van een dier aansprakelijk is, zelfs als hij of zij geen schuld heeft aan het incident. In juridische termen heet dit risicoaansprakelijkheid. Dit betekent dat de eigenaar verantwoordelijk blijft, ook als de hond zich onverwacht of voor het eerst agressief gedraagt.

 

Uitzonderingen op de aansprakelijkheid

Er zijn enkele uitzonderingen op deze regel, zoals eigen schuld of uitlokking door het slachtoffer. Als iemand de hond uitlokt of zich roekeloos gedraagt, kan de aansprakelijkheid van de eigenaar worden verminderd op basis van de wet. Dit wordt ook wel de ‘eigen schuld’-regel genoemd.

 

Schadevergoeding

Bij een hondenbeet kan het slachtoffer verschillende vormen van een schadevergoeding eisen. Dit kan zijn voor de materiële schade, zoals medische kosten, verlies van inkomen of kosten voor beschadigde kleding. Daarnaast kan er ook een schadevergoeding worden geëist voor de immateriële schade, zoals emotionele schade. Dit wordt ook wel smartengeld genoemd en kan bijvoorbeeld voor psychisch leed of angst na het bijtincident worden toegekend. De hoogte van de schadevergoeding wordt vaak bepaald aan de hand van eerdere uitspraken door de rechter.

 

Samenvattend is in de meeste gevallen de eigenaar van een hond aansprakelijk voor de schade die een beet veroorzaakt. Dit kan voor zowel materiële als immateriële schade zijn. De wet legt de verantwoordelijkheid bij de bezitter. Uitzonderingen, zoals overmacht of eigen schuld, komen in de praktijk zelden voor. Tot slot wordt de hoogte van de schadevergoeding vaak gebaseerd op eerdere uitspraken van de rechter.

 

Heeft u zelf te maken met een hondenbeet of een soortgelijk incident? Neem gerust contact op met Rechtswinkel Eindhoven voor gratis juridisch advies. Voor meer informatie kunt u terecht op http://www.rechtswinkeleindhoven.org